De luchtvaart levert ons zakelijke connectiviteit, inkomsten van toerisme en vakantiebestemmingen voor de Nederlander. We willen verbonden zijn met plekken waar de Nederlandse economie en de maatschappij baat bij heeft. Maar luchtvaart heeft ook schadelijke effecten door de uitstoot van CO2, stikstof, fijnstof en andere voor mens, klimaat en milieuschadelijke stoffen, en geluidshinder. Deze schadelijke effecten vertalen zich onder andere in gezondheidskosten bij medewerkers en omwonenden, beperkingen in de benutting van ruimte zoals voor woningbouw, achteruitgang van natuur en kosten door klimaatverandering.
Luchtvaart kent daarom grenzen zoals alle sectoren die kennen. Er zijn operationele grenzen aan de hoeveelheid vluchten die op een veilige manier afgehandeld kan worden op luchthavens en in het luchtruim. Maar er zijn ook maatschappelijke grenzen ter bescherming van leefomgeving, milieu en natuur. Op dit moment betekent meer vliegen ook meer schadelijke uitstoot doordat schoon en stil vliegen simpelweg nog niet bestaat. De operationele en maatschappelijke grenzen betekenen dan ook grenzen aan het aantal vluchten.
Met de beperkte capaciteit die beschikbaar is willen we een zo groot mogelijk bijdrage aan de brede welvaart bereiken. Lange vluchten waar vooral overstappende passagiers gebruik van maken of vracht die direct wordt doorgevoerd, nemen schaarse capaciteit in beslag en hebben hoge maatschappelijke kosten maar leveren onze economie weinig op. En 115.000 vluchten van en naar Nederland zijn korter dan 500 kilometer. Dat is bijna een kwart van alle vluchten vanaf Schiphol. Hiervoor zijn prima alternatieven, zoals elektrische auto en trein. Zo blijft de connectiviteit in stand, maar wordt de druk op omwonenden en klimaat sterk gereduceerd.