Een van de belangrijke watervervuilers uit de land- en tuinbouwsector is mest. Boeren gebruiken veel mest op hun akkers, een deel hiervan spoelt via de bodem het water in van de sloten, kanalen en plassen. Door bijvoorbeeld mestvrije zones langs de slootkanten in te richten of rekening te houden met regenval bij het uitrijden van mest kan dit probleem worden verminderd.
Waarom is te veel mest een bedreiging voor schoon water?
Door de voedingsstoffen die uit de mest worden gespoeld, wordt het fosfor- of stikstofgehalte in het water hoger. Met zoveel voedingsstoffen in het water kunnen kleine plantjes zoals kroos en algen een stuk sneller groeien. Het water lijkt door de vele groene plantjes misschien van goede kwaliteit, maar de soort overwoekert in veel gevallen de sloot. Er ontstaat dan bijvoorbeeld een dicht kroosdek of ‘algensoep’: een dikke laag die het wateroppervlak afdekt. Er komt in dat geval onvoldoende licht in het water, waardoor onderwaterplanten niet kunnen overleven. Die zijn juist heel belangrijk omdat ze zuurstof in het water brengen en een schuilplaats bieden voor kleine waterdieren en jonge vissen.