Wat is elektrificatie?
Elektrificatie houdt in dat fabrieken overstappen op technieken die werken op elektriciteit. Voor de productieprocessen zijn dan geen fossiele brandstoffen meer nodig. De industrie werkt dan op groene stroom of groene waterstof en dat is niet schadelijk voor het milieu. Op dit moment gebruikt de industrie nog olie, kolen en aardgas voor veel productieprocessen. Bij de verbranding van deze fossiele brandstoffen komt CO2 vrij. De CO2 die in de lucht komt, draagt bij aan klimaatverandering.
Wat is er nodig voor elektrificatie?
Elektrificatie gaat niet vanzelf. De keuzes die het nieuwe kabinet maakt in de regeerperiode van 2021 tot 2025 zijn cruciaal om elektrificatie mogelijk te maken. De overheid moet daarvoor vier dingen doen:
1. Concrete en verplichte doelen stellen aan de industrie
Concrete en verplichte doelstellingen voor elektrificatie vanuit de overheid verhogen het tempo van elektrificatie. De overheid moet duidelijke afspraken maken met de industrie over elektrificatie en controleren of de bedrijven zich daar ook aan houden. Indien nodig, kan de overheid de doelen bijsturen.
2. Meer windmolenparken op zee aanleggen
De vraag naar groene stroom wordt hoger als de industrie overstapt op technieken die werken op groene stroom en groene waterstof. Uiteraard moet de industrie technieken gebruiken die zo energiezuinig mogelijk zijn. De vraag naar elektriciteit groeit dan niet meer dan nodig is. Maar zelfs met energiezuinige technieken is er meer groene stroom nodig dan we nu kunnen opwekken. Windenergie van windmolenparken op zee vormt hiervoor de belangrijkste energiebron.
Onze overheid moet daarom zorgen dat er meer windenergie wordt opgewekt op zee: in 2030 is er minstens 18 gigawatt nodig aan windenergie. Het is hierbij van belang dat het tempo van elektrificatie van de industrie hand in hand gaat met de opwekking van duurzame windenergie. De bouwers van een windmolenpark moeten redelijk zeker weten dat de windenergie straks ook echt gebruikt en afgenomen wordt. Concrete doelen stellen voor elektrificatie met een daarbij behorend ontwikkelpad in de tijd helpt hierbij. Daarmee ontstaat vraag naar groene stroom bij de industrie en dus zekerheid voor ontwikkelaars van windparken. Nederland kan dan op tijd aan de slag met plannen om meer groene stroom op te wekken.
3. Subsidies en een lagere belasting op elektriciteit
Elektrificatie vraagt om flinke investeringen en aanpassingen door de industrie. Het moet voor de bedrijven aantrekkelijker worden om hun processen aan te passen in plaats van als vanouds door te gaan met olie, kolen en aardgas. Het helpt als het gebruik van fossiele brandstoffen duurder wordt en het gebruik van elektriciteit goedkoper. Dat is nu nog niet zo. De overheid kan dit bereiken door een prijskaartje te hangen aan milieuvervuiling, de belasting op elektriciteit te verlagen en bedrijven te helpen met subsidie als zij willen verduurzamen met elektrificatie.
4. Meer en dikkere elektriciteitskabels voor de industrie
Een industrie die werkt op stroom, moet die stroom wel geleverd krijgen. Het elektriciteitsnetwerk in ons land is daar nog niet overal voor geschikt. De landelijke en regionale netbeheerders in ons land moeten daarom het elektriciteitsnet aanpassen, zodat we grote hoeveelheden stroom kunnen leveren aan de industrie. Hiervoor moet het net worden ‘verzwaard’ met meer en dikkere kabels. Dit moet gebeuren op specifieke locaties waar de industrie dit nodig heeft om te elektrificeren.
Deze aanpassingen van het elektriciteitsnet kosten veel tijd en geld. De netbeheerder gaat daarom niet zomaar aan de slag. De netbeheerder heeft een bepaalde zekerheid nodig dat de bedrijven daadwerkelijk (meer) stroom gaan gebruiken. Verplichte doelen voor de industrie om concrete plannen te maken voor elektrificatie. Vervolgens kan de netbeheerder aan de slag. Deze aanpassingen kosten veel tijd (wel acht tot tien jaar), daarom is het belangrijk dat de Nederland zo snel mogelijk aan de slag gaat met elektrificatie.
Welke aanpassingen zijn er nodig in ons land voor een duurzame industrie?
Naast meer en dikkere elektriciteitskabels om groene stroom aan de industrie te leveren, zijn nog meer aanpassingen nodig in onze omgeving om een duurzame industrie mogelijk te maken. Zo moeten we ook pijpleidingen aanleggen voor groene waterstof en CO2 (voor CO2-opslag) . De overheid moet hier zo snel mee aan de slag. Voor deze aanpassingen moet de overheid namelijk langdurige procedures volgen en vergunningen regelen. Dat kost veel tijd.
Hoe zorgen we dat er altijd genoeg groene stroom is voor de industrie?
De zon schijnt niet altijd even hard en het waait ook niet elke dag, terwijl de industrie wel moet kunnen vertrouwen op voldoende (constante) beschikbaarheid van energie. Toch zijn er oplossingen om het variabele aanbod van groene stroom aan te laten sluiten op de energievraag van de industrie. Overschotten groene elektriciteit kunnen we bijvoorbeeld opslaan in waterstof en later door de industrie laten gebruiken. Ook kan de industrie de elektriciteits- en warmtevraag aanpassen op momenten dat er overschotten of tekorten zijn. Door dergelijke flexibiliteit in het energiesysteem in te bouwen, kunnen we regelen dat vraag en aanbod van groene elektriciteit op elkaar wordt afgestemd. Dit zorgt ervoor dat er nooit opgewekte energie verloren gaat of te weinig beschikbaar is.
Waarom moet de industrie verduurzamen?
De industrie moet zo snel mogelijk starten met elektrificatie om klimaatverandering te stoppen en de doelen uit het Klimaatakkoord te halen. Daarin hebben we afgesproken dat de industrie vóór 2030 veel minder CO2 uit gaat stoten. Door te verduurzamen kunnen de bedrijven ook koploper worden in de strijd tegen klimaatverandering en kansen creëren voor de bedrijven zelf en voor de Nederlandse economie en werkgelegenheid.
Waarom is elektrificatie een belangrijke oplossing voor een duurzame industrie?
Elektrificatie is dé weg naar een duurzame industrie. De reden: met elektrificatie kunnen we de CO2-uitstoot van de industrie tot 2030 met 3 tot 5 miljoen ton CO2 terugdringen. Dan zitten we al op een derde van de CO2-reductie die we voor de industrie hebben afgesproken in het Klimaatakkoord. Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) laat in haar doorrekening van zes verkiezingsprogramma’s zien dat zelfs 5 tot 7 Mton CO2-reductie in 2030 mogelijk is. En als we zo snel mogelijk van fossiele brandstoffen af willen zijn, is elektrificatie met groene stroom de belangrijkste oplossing en ligt het potentieel nog hoger.
Persvoorlichters
Voor persgerelateerde vragen kun je terecht bij een van onze persvoorlichters.