
Grote verschillen tussen sectoren
Uit dit onderzoek blijkt dat sectoren sterk verschillen in hoe efficiënt ze omgaan met schaarse middelen zoals energie, ruimte en milieu. Waar sommige sectoren veel economische waarde creëren terwijl ze het milieu en de ruimte weinig belasten, veroorzaken andere juist aanzienlijke milieuschade tegen een beperkte economische opbrengst.
- Veruit het meeste geld in Nederland wordt verdiend in de dienstensector: 75 procent van het BBP. De industrie komt op 12 procent en de landbouw en visserij gezamenlijk op nog geen 2 procent.
- Sectoren als de basismetaalindustrie en de raffinage gebruiken tot 180 keer meer energie per verdiende euro dan de meest efficiënte sectoren.
- De technische maakindustrie levert 45 keer meer economische waarde op per hoeveelheid energie dan de chemische industrie.
- De landbouw stoot 314 keer meer broeikasgas uit per verdiende euro dan de zakelijke dienstverlening.
- De landbouw, visserij en bosbouw stoten bijna 500 keer meer stikstof uit per verdiende euro dan de technische maakindustrie.
Vooral steun voor vervuilende sectoren
Opmerkelijk: overheidssteun is vaak gericht op vervuilende sectoren. Denk aan verlaagde energieprijzen voor grootverbruikers en subsidie voor CO2-opslag. Zo betalen sommige energie-intensieve bedrijven nauwelijks energiebelasting, terwijl het mkb veel hogere belastingen betaalt. Kansrijke sectoren krijgen hierdoor weinig ruimte om te groeien.
Persvoorlichters
Voor persgerelateerde vragen kun je terecht bij een van onze persvoorlichters.

