De afgelopen jaren vroegen wij aandacht voor slimme technieken om stroom op te wekken als de zon niet schijnt en de wind niet waait. Hiervoor hebben we gascentrales op waterstof nodig, en batterijopslag om bijvoorbeeld de zonnestroom van de dag te kunnen gebruiken in de avond. Daarnaast roepen we ook op om energie te gaan besparen. Alle energie die we niet verspillen, bijvoorbeeld door betere isolatie, hoeven we ook niet op te wekken. En hoeven we dus ook niet door het volle stroomnet te transporteren. Tot slot is het ook van belang dat we meer energie gaan verbruiken wanneer het ook beschikbaar is. Slimme apparaten maken het mogelijk om de elektrische auto te laden wanneer het zonnig is of wanneer er ruimte is op het elektriciteitsnet. Voor deze en andere oplossingen vroegen we samen met andere partijen aandacht bij politici en ambtenaren.
Ondertussen zijn de mouwen in Nederland opgestroopt en zijn er allerlei stappen gezet. Netbeheerders, de partijen die het stroomnet en het gasnet beheren, hebben geld gekregen van de overheid om snel de stroomnetten te versterken. Het plan is dat we zo snel mogelijk elke maand een afstand van Groningen naar Maastricht aan nieuwe kabels gaan leggen. Ook komen ertussen nu en 2040 50.000 nieuwe transformatorhuisjes bij om de elektriciteit in de huizen te krijgen. Om het elektriciteitsnet beter te benutten zijn er ook plannen gemaakt. Nu wordt namelijk het grootste deel van de tijd het elektriciteitsnet nauwelijks benut, maar in de ochtend en in de avond wanneer iedereen thuiskomt ontstaat er een flinke piek. Door die piek beter te verspreiden neemt de file op het stroomnet af. In de plannen die zijn gemaakt wordt naar heel veel verschillende dingen gekeken. Bijvoorbeeld wanneer het erg druk is op het stroomnet elektrische auto’s wat minder snel op te laden en warmtepompen wat minder hard te laten draaien. In Duitsland is men hier al mee bezig. Wanneer dit gebeurt krijgen inwoners hier geld voor. Op een vergelijkbare manier kan ook de piek van het terugleveren van zonnepanelen beperkt worden. Als we allemaal op deze manier een beetje inschikken kunnen er nog heel veel zonnepanelen, warmtepompen en elektrische auto’s bij op het stroomnet.
Deze plannen zijn goed, maar deze mooie woorden moeten nu ook worden omgezet in daden. Het tempo waarin elektriciteitsnetten worden aangelegd is nu nog niet op het niveau dat we nodig hebben. Om dit te bereiken zijn er meer mensen in de energiesector nodig. Dit is niet nieuw. Voor de aanleg van ons gasnet in de jaren 60 zijn ook op grote schaal lassers aangetrokken uit de Verenigde Staten en andere landen. De transitie die we nu doormaken heeft minimaal eenzelfde grote inspanning nodig.