Home      Onderwerpen      Biodiversiteit      Alles over biodiversiteit      De staat van de biodiversiteit in Nederland
Artikel

De staat van de biodiversiteit in Nederland

Lenneke Bolkenbaas
Nederland staat bekend om uitgestrekte polders, bossen, duinen en rivieren. Toch gaat het met de biodiversiteit in ons land al jaren de verkeerde kant op. Soorten verdwijnen, leefgebieden raken versnipperd en ecosystemen verliezen hun veerkracht. Hoe staat het er nu voor? Welke soorten hebben het moeilijk, welke trends zijn zichtbaar en wat is er nodig om biodiversiteit te herstellen?
knotwilgen in vroege voorjaar bij Spookverlaat
Foto: Bep van Pelt

Een van de twee hoofddoelen van Natuur & Milieu is om bij te dragen aan herstel en bescherming van biodiversiteit in Nederland. Dat vraagt om fundamenteel andere keuzes in bijvoorbeeld de landbouw, ontwikkeling van steden en woongebieden en ook de manier waarop onze industrie functioneert.

Wat bedoelen we met biodiversiteit in Nederland?

Biodiversiteit gaat over de variatie aan planten, dieren, schimmels en micro-organismen. In Nederland komt die variatie voor in veel verschillende ecosystemen. Denk aan heidevelden vol insecten. Duinen waar bijzondere planten groeien. Rivieren waarin vissen zwemmen. Bossen waarin vogels nestelen. Boerenland waar vroeger talloze weidevogels leefden. En steden waar groen steeds belangrijker wordt.

Welke soorten biodiversiteit kennen we in Nederland?

De Nederlandse natuur herbergt veel soorten, van iconisch tot zeer kwetsbaar. Weidevogels zoals de grutto en de patrijs zijn soorten die sterk bij Nederland horen. Ze hebben het wel lastig door veranderingen in het landschap. Bij amfibieën en reptielen gaat het om soorten zoals de kamsalamander en de ringslang. Deze dieren zijn gevoelig voor waterkwaliteit en verstoring van leefgebieden. Insecten spelen een grote rol in onze ecosystemen. De wilde bij, hommels en vlinders zijn onmisbaar voor bestuiving. De laatste jaren nemen hun aantallen af. Dat heeft gevolgen voor voedselgewassen en wilde planten. Langs de kust en op de bodem van de zee leeft weer een heel andere wereld. Bruinvissen, zeevogels en schelpdieren vormen samen een dynamisch ecosysteem. Zeegrasvelden, ooit bijna verdwenen, herstellen langzaam dankzij gericht natuurherstel. Ook plantensoorten laten zien hoe rijk Nederland ooit was. Klaprozen, orchideeën, heideplanten en bloemrijke graslanden zijn kenmerkend voor de verschillende landschappen.

De afname van biodiversiteit in Nederland: cijfers en trends

Het Statusrapport Nederlandse Biodiversiteit 2025, gepubliceerd door Naturalis Biodiversity Centre in Leiden, laat overtuigend zien dat het slecht gaat met de biodiversiteit in Nederland. Bijna alle onderzochte soortgroepen gaan achteruit. Een iconische groep als de vlinders bijvoorbeeld, telt nu minder dan de helft van het aantal individuele vlinders dan in 1992.

De afname verschilt per gebied. In landbouwgebieden is de natuurkwaliteit soms lager dan tien procent. In natuurgebieden waar actief beheer plaatsvindt is de situatie beter, maar ook daar staan soorten onder druk. Ruim de helft van de insectensoorten in Nederland neemt af. Ook bij amfibieën zijn dalende trends zichtbaar. En hoewel sommige zoogdieren zoals de vos en de bever terugkeren, geldt dat niet voor veel andere soorten die specifieke leefgebieden nodig hebben. Planten die afhankelijk zijn van open, bloemrijke graslanden zijn sterk achteruitgegaan. Deze graslanden zijn schaars geworden door intensief landgebruik.

Bep van Pelt, Lakenvelders 'moeders met hun kalfjes'-DSC_2247 MAX-
Foto: Bep van Pelt

Oorzaken van biodiversiteitsverlies in Nederland

Er is niet één oorzaak aan te wijzen. Het gaat om een samenloop van factoren die elkaar versterken.

Intensieve landbouw heeft geleid tot grote, uniforme velden met weinig ruimte voor bloemen en insecten. Meerdere generaties van bemesting en bestrijdingsmiddelen hebben het bodemleven verarmd en het water en de lucht vervuild.

De stikstofproblematiek speelt een grote rol. Te veel stikstof uit mest en verkeer tast kwetsbare natuurgebieden aan. Planten die snel groeien verdringen soorten die meer tijd en andere voedingsstoffen nodig hebben en zo kan een compleet ecosysteem veranderen.

Verstedelijking en infrastructuur zorgen voor versnippering van leefgebieden. Dat betekent dat dieren moeilijker kunnen trekken of zich voortplanten.

Klimaatverandering zorgt voor droge zomers, hevige buien en verschuivende seizoenen. Veel soorten kunnen zich niet snel genoeg aanpassen.

Wat wordt eraan gedaan?

Er bestaat een Nationaal Biodiversiteit Strategie & Actieplan Nederland 2025-2030 waarin de belangrijkste programma’s en afspraken rondom biodiversiteitsherstel in Nederland zijn gebundeld. Dit plan beschrijft hoe Nederland bijdraagt aan internationale doelen en combineert honderden samenwerkingsverbanden van boeren, natuurorganisaties, bedrijven en overheden. Daarin is onder meer het Deltaplan Biodiversiteit opgenomen, gericht op gebiedsgerichte aanpakken om natuur te versterken.

Belangrijke programma’s en afspraken zijn:

  • Het Deltaplan Biodiversiteit, dat brede coalities stimuleert voor herstel en versterking van biodiversiteit;
  • Natura 2000, het Europese netwerk van beschermde gebieden met strikte regels tegen achteruitgang;
  • Het Natuurnetwerk Nederland (voorheen Ecologische Hoofdstructuur), dat aaneengesloten natuurgebieden creëert om dieren zich te laten verplaatsen en ecosystemen te verbinden;
  • De EU-biodiversiteitsstrategie, die streeft naar natuurherstel, bescherming van soorten en verduurzaming van landbouw in heel Europa.

Maar deze initiatieven hebben tot op heden niet voor het herstel gezorgd dat nodig is.

Hoe kun jij biodiversiteit in Nederland helpen?

Iedereen kan bijdragen aan herstel van biodiversiteit. Door bijvoorbeeld de tegels uit je tuin te halen en hier planten in te zetten die van nature voorkomen in Nederland. In onze tuingids vind je alle tips. En met een paar bloeiende potten op je balkon, geef je bijen en andere bestuivende insecten een pitstop naar hun volgende locatie.

Denk ook aan groene daken op je schuur, geveltuinen en vijvers. Ze helpen meer soorten een plek te vinden.