Aan de slag met vloerisolatie 

• Bij woningen die voor 1982 zijn gebouwd is er meestal geen vloerisolatie toegepast. Tussen 1983 en 1999 werden vloeren wel met isolatie opgeleverd maar de eisen voor de isolatiewaarde waren te laag.
• Kijk of je een kruipruimte hebt en bekijk de onderkant van de vloer. Zie je de houten planken of de betonnen onderkant van de vloer, dan is hij nog niet geïsoleerd.
• Kijk of je een kruipruimte hebt, en hoe hoog deze is. Als je kruipruimte droog en wat hoger is (minimaal 35 cm), dan is vloerisolatie een goede optie.
• Als de kruipruimte lager is dan 35 cm, lastig of niet in te komen is of wanneer je huis last heeft van tocht, is bodemisolatie een betere optie.

Bij het plaatsen van vloerisolatie wordt een folie met afwisselend lagen aluminiumfolie en luchtkussens aangebracht tegen de onderkant van de vloer. Deze isolatiefolie beperkt het verlies van warmte door luchtstroming en doorstraling. Het aanbrengen van vloerisolatie vergt geen verbouwing, veroorzaakt geen schade en is binnen een dag gebeurd.  Op het gebied van energiebesparing is vloerisolatie minder effectief dan bijvoorbeeld spouwmuurisolatie of dakisolatie. In vergelijking met bodemisolatie levert vloerisolatie juist meer besparing op.

Ook met bodemisolatie bespaar je energie en zorg je voor een comfortabele temperatuur, maar wel minder dan met vloerisolatie. Bij bodemisolatie, ook wel kruipruimte-isolatie genoemd, wordt de kruipruimte onder je huis geïsoleerd met EPS-parels. Door deze EPS-parels op de bodem van je kruipruimte te blazen, verdampt het vocht niet naar boven. De lucht onder je vloeren wordt droger en daardoor sneller warm. Het aanbrengen vergt geen verbouwingen, maakt geen schade en is binnen een dag gebeurd. Je kruipruimte blijft daarna gewoon toegankelijk.

Het isoleren van je vloer is een flinke ingreep. Gelukkig zijn er ook makkelijkere manieren om energie te besparen. Je kan bijvoorbeeld alvast je kruipluik isoleren een tochtborstel plaatsen onder je deur, je kattenluik tochtdicht maken of ervoor zorgen dat de brievenbus niet meer kleppert.

Wil je nog meer doen om gas te besparen? Dan is de volgende stap de temperatuur van je cv-ketel aanpassen. Die staat standaard op 80 graden en dat is zonde! Het kost namelijk veel gas om die temperatuur te bereiken. Verlaag de temperatuur van je cv-ketel naar 70, 60 of zelfs 50 graden. Dit scheelt gasverbruik en dus ook in de kosten. Daarnaast kom je op deze manier erachter of je huis al geschikt is om van het aardgas af te gaan. Doe mee!